Hoofdstuk 16

 

‘Zo, die slaapt.’ Met een zucht liet Jayson zich op de bank zakken en hij deed uitnodigend zijn arm omhoog, waarop ik gelijk tegen hem aan kroop en hij mij in zijn armen sloot. ‘Ik denk dat het maar beter is als jij hier zoveel mogelijk over de vloer komt, dan kan Sammy wennen aan jouw aanwezigheid hier in huis.’

‘Hm. Misschien heb je gelijk. Maar zullen mensen niet gaan praten?’

‘Wat, met Sammy als chaperone?’

Ik gaf hem een por met mijn ellenboog tussen zijn ribben. ‘Ik meen het serieus, Jayson.’

Hij snoof. ‘Je bent binnenkort mijn vrouw, ze hebben niets te praten.’

Zijn vrouw... Sjonge, wat klonk dat goed! Vooral de bezitsdrang en de bescherming in zijn toon. Ik trok mijn benen naast me op de bank en nestelde me nog iets dichter tegen hem aan. ‘Wat is binnenkort, Jayson?’

‘Binnen een maand.’

Verbaasd keek ik naar hem op. ‘Echt? Zo snel?’

‘Ik had al veel eerder met je willen trouwen, maar ik vond dat je eerst je opleiding moest afmaken. Volgens mij hebben we al genoeg tijd voorbij laten gaan, Romy.’

Dat kon ik niet anders dan beamen. Al vanaf de dag dat hij mij had gered bij de schommelstoel, droomde ik ervan om met hem te trouwen. ‘Een maand klinkt prima,’ stemde ik met een tevreden zucht in.

‘Mooi zo. Laten we morgen dan maar gelijk aan de slag gaan.’ Hij hief mijn kin op en bezegelde onze afspraak met een kus. Een kus die we vanaf nu elke dag zouden delen en als het goed is zelfs meerdere keren per dag. Ik kon een heimelijke glimlach niet tegenhouden, tot ik me Samara’s woorden herinnerde. ‘Jayson?’

‘Ja?’

‘Hoe wist Samara dat je niet van haar hield maar van mij? Heb je haar dat gewoon verteld?’

‘Nee. Ik hoefde niets te zeggen. Wacht, ik zal het je laten zien.’ Hij stond op en liep naar de kast, waar hij een fotoalbum tevoorschijn haalde. Ik herkende het gelijk als het trouwalbum dat ik voor hen had gemaakt. Hij ging met het album weer naast me zitten en bladerde naar de juiste pagina. ‘Herinner je je deze foto nog?’

‘Ja,’ antwoordde ik met schorre stem van emotie, terwijl ik de foto bekeek waarop Jayson recht in de camera keek. Dé foto. ‘Jij legde jouw trouwbelofte af. Er lag zoveel emotie in jouw ogen, dat ik wist dat ik die foto moest maken. Die foto zei zoveel.’

‘Ja, dat doet het inderdaad. Je hebt gelijk dat er veel emotie in mijn blik ligt, maar deze foto hoort eigenlijk niet in dit album thuis.’

Ik fronste mijn wenkbrauwen. ‘Waarom niet?’

‘Omdat deze foto, dit moment dat jij hebt vastgelegd, precies laat zien hoeveel ik houd van de vrouw naar wie ik kijk.’

Wat? Hij had toch gezegd dat hij nooit echt van Samara had gehouden? Ik hield mijn blik strak gericht op de foto, toen het begon te dagen. Het gevoel van dat moment, dat ik recht in zijn ziel kon kijken, kwam weer terug, honderd keer heftiger dan het toen had gedaan, omdat ik nu wist dat ik het me niet had verbeeld. De verwarring, de liefde en uiteindelijk de droefheid in zijn blik. Want dat was het geweest, geen tederheid zoals ik mezelf had geprobeerd te overtuigen, maar droefheid omdat zijn besef te laat was gekomen. ‘Je keek naar mij,’ fluisterde ik.

‘Ja, Romy, ik keek naar jou.’ Hij legde zijn hand tegen mijn wang en draaide mijn gezicht naar zich toe. ‘Op dat moment moest ik de belofte uitspreken dat ik Samara eeuwig zou liefhebben en koesteren. Mijn stem begon te haperen, omdat ik besefte dat ik niet echt van haar hield. Ik kon de woorden niet uitspreken, totdat mijn blik op jou viel. Toen drong het tot mij door dat ik van jou hield. Ik keek naar jou, mijn liefste, omdat de woorden die ik uitsprak voor jou bestemd waren.’

Ik kreeg een brok in mijn keel en probeerde tevergeefs de tranen in mijn ogen weg te knipperen. ‘Toen wist je het?’

‘Ja. Al die tijd daarvoor heb ik het nooit beseft, ik dacht dat je niet meer was dan een zus voor mij, tot op dat moment.’

Met mijn vinger gleed ik over de foto, zoals ik zo vaak had gedaan bij de foto die ik zelf had gehouden. ‘Ik vond het verschrikkelijk moeilijk om jullie foto’s te maken, vooral dat moment. Maar ik heb het gedaan, omdat ik het jou gunde.’

Toen ik opkeek, zag ik de tedere glimlach op Jaysons gezicht en hij kuste me zacht. ‘Wat ben je toch een ongelooflijk lieve vrouw,’ mompelde hij tegen mijn lippen.

‘Alleen voor jou,’ zei ik, zachtjes grinnikend.

‘Ik mag hopen dat je het voor geen enkele andere man zult zijn! Tenminste, niet op de manier dat je het voor mij bent,’ voegde hij er met een scheef glimlachje aan toe.

Ik legde mijn hand tegen zijn wang en drukte mijn lippen tegen de zijne. ‘Dat beloof ik.’

‘Goed zo.’ Hij legde het fotoalbum weg en zijn armen gleden weer om mij heen. ‘Ik ben heel bezitterig weet je, als het op jou aankomt.’

‘Dat vind ik niet erg. Maar Samara wist het dus door die foto?’

‘Niet door de foto. Ze wist het op dat moment. Ze had gezien hoe mijn blik was weggegleden naar jou. Na de bruiloft heeft ze mij erop aangesproken. Ik wilde het ontkennen, omdat ik haar niet wilde kwetsen, maar mijn gezicht, dat blijkbaar knalrood was geworden, had de waarheid al onthult. Ze was heel lief en ze stelde me gelijk gerust dat ze het niet erg vond en dat zij eigenlijk in dezelfde positie zat. We hebben elkaar wederzijds respect beloofd en dat was voldoende. We hebben ons allebei aan onze huwelijksgelofte gehouden door trouw te blijven en we konden goed met elkaar opschieten. Af en toe zaten we wel zo samen op de bank zoals wij nu, maar het was slechts vriendschappelijk en een wederzijdse behoefte aan genegenheid, maar meer niet. We hebben het nooit aan iemand verteld, jij bent de enige die het weet. In zekere zin hielden we van elkaar, maar absoluut niet op de manier dat het tussen jou en mij is. Het was prettig om met haar samen te zijn, maar het was nooit dat mijn gezicht oplichtte zodra ik haar zag, wat ik wel heb als ik bij jou ben. Bij jou is alles anders, weet je, wanneer ik jou zie, dan...’

‘Ssh.’ Ik legde haar vingers tegen zijn lippen om hem het zwijgen op te leggen. Zijn behoefte om mij het verschil uit te leggen was duidelijk, maar dat was niet nodig. ‘Je hoeft geen betoog te houden dat het tussen ons anders is. Ik geloof je zo, echt waar.’

Jayson pakte mijn vingers vast en drukte er een kus op. ‘Het spijt me. Je hebt gelijk, ik draafde door. Ik denk dat ik je inderdaad probeerde te overtuigen, maar ik ben blij dat het niet nodig is. Ik wil wel dat je weet dat jij mijn hele leven verlicht, zoals niemand ooit heeft gedaan en ook nooit zal kunnen doen.’

‘Voor mij geldt hetzelfde.’

‘En Thijs?’

Zijn stem klonk iets terughoudend, alsof hij de vraag niet durfde te stellen, bang voor wat ik zou kunnen zeggen. Ik schudde mijn hoofd. ‘Thijs heeft het altijd geweten van jou. Hij had de waarheid allang gezien op jouw bruiloft. Hij hoopte en ik…’ Ik haalde diep adem en slaakte een zucht. ‘Ik heb het geprobeerd, ik mocht hem echt graag, maar hij doorzag mij beter dan ikzelf.’

‘En, eh… die decaan van jou?’

‘Tsja, dat is natuurlijk een heel ander verhaal. Ik bedoel, niemand bij ons op school kon Laurens weerstaan, dan kun je toch niet van mij verwachten dat ik…’ Ik brak mijn zin af toen ik de afschuw op zijn gezicht zag verschijnen en schoot in de lach. Ik nam zijn gezicht tussen mijn handen en kuste hem. ‘Ik plaag je maar, Jayson. Jij bent de enige voor mij, vanaf dat moment op de schommel dat je mij redde.’

De opluchting spoelde de afschuw van zijn gezicht en toen begon hij mij te kietelen. ‘Klein krengetje!’ Kronkelend van het lachen probeerde ik uit zijn omhelzing te komen, maar hij hield me alleen maar steviger vast. ‘Mijn hemel, Romy, ik zweer je dat als je nog eens zoiets…’ Hij schudde zijn hoofd en fronste toen nadenkend. ‘Hij was wel in je geïnteresseerd.’

‘Ja. Dat bekende hij bij de diploma-uitreiking. Je was behoorlijk jaloers.’ Als iets anders kon ik zijn gedrag van toen niet meer bestempelen en hij gaf het toe.

‘Verschrikkelijk jaloers. En dat zal ik ook blijven, weet je, iedere keer als een man naar jou kijkt.’

Ik protesteerde niet, maar legde mijn hoofd op zijn schouder. Ik zou net zo jaloers zijn richting elke vrouw die naar hem keek. Zolang ik wist dat hij van mij hield, zou het echter nooit een ziekelijke jaloezie worden en ik geloofde niet dat het voor hem anders was. Toen kwam een andere vraag boven, een gevoelige, maar wel belangrijk. ‘Wil je mij vertellen wat er is gebeurd, Jayson? Ik bedoel, hoe Samara is gestorven. Ze is nooit als een ziekelijk iemand op mij overgekomen.’

Zijn handen knepen zachtjes in mijn arm en mijn zij, het enige teken dat hij zich ongemakkelijk voelde. Heel even was ik bang dat hij het niet wilde vertellen en ik wist al dat ik hem er niet toe zou dwingen, maar toch…

‘Nee, dat was ze ook niet. Maar ze had liefdesverdriet.’

‘Mark.’

‘Ja, Mark.’

‘Dus dat is de reden waarom jij zo kwaad op hem bent?’

‘Hoe weet jij dat ik kwaad op hem was?’

Het verschil in tijdsbesef was bijna onmerkbaar, maar het was wel hetgeen dat ertoe deed. Jayson was niet meer kwaad op Mark, dat deel had hij al achter zich gelaten. ‘Dat merkte ik op de crematie. Je was kortaf tegen hem en jouw ogen straalden een en al woede uit. Ik begreep er niets van, omdat jullie altijd de beste vrienden waren geweest. Heeft hij Samara soms afgewezen en was je daarom kwaad?’

‘Nee.’ Zijn handen ontspanden zich en gleden nu strelend over mij heen, alsof hij mij gerust wilde stellen. Dat was nergens voor nodig. ‘Samara was echt hopeloos verliefd op hem, maar ze heeft het hem nooit verteld. Dat had ze wel willen doen, maar ook zij was opgegroeid met het idee dat ze met mij moest trouwen. Pas toen ze Mark verliefd zag worden op Linda en zij gingen trouwen, besefte ze wat haar ware gevoelens waren. Toen maakte het haar niets meer uit dat ze met mij moest trouwen, want degene die zij wilde zou ze nooit kunnen krijgen. Het zorgde er echter voor dat ze niet goed voor zichzelf zorgde, ze at niet voldoende. Niet dat ze aan anorexia leed, maar ze kon gewoon niet eten van verdriet. Ik had het in het begin niet eens door, maar achteraf denk ik dat ik het niet wílde zien. Ik had het te druk met werken en van alles verzinnen om niet aan jou te denken. Om Samara niet het idee te geven dat ik me niet volledig voor ons huwelijk inzette. De zwangerschap eiste gewoon zijn tol, maar toen ik dat eindelijk begon te beseffen, was het al te laat. Ja, ik was kwaad op Mark. Ik begreep niet waarom hij niet voor Samara was gevallen en ik was kwaad omdat het in mijn ogen zíjn schuld was, dat Sammy zonder moeder moest opgroeien. Ik… och, liefje, niet huilen nu.’ Blijkbaar had ik door zijn blouse heen zijn borst nat gemaakt. Hij legde een hand rond mijn wang, hief mijn gezicht op en streek met zijn duim de tranen weg. Ik kon alleen maar mijn schouders ophalen. ‘Het is gewoon zo triest.’

‘Ja, dat is het zeker.’

Mij had hetzelfde kunnen overkomen. Mijn liefde voor Jayson had met mij hetzelfde kunnen doen. Wat was het verschil tussen Samara en mij? Was mijn liefde voor Jayson lang niet zo sterk als Samara’s liefde voor Mark?

‘Je moet jezelf niet gaan vergelijken. De een is nu eenmaal sterk genoeg om liefdesverdriet te boven te komen en de ander niet. Je kunt en mag jezelf niet met Samara vergelijken.’

Had hij mijn gedachten van mijn gezicht kunnen aflezen? Ineens grinnikte hij. ‘Ja, liefje, je bent voor mij inderdaad een open boek. Alhoewel ik niet durfde te zien dat je van mij hield. Ik keek alleen maar naar de kaft, maar nu ik het boek heb opengeslagen, zijn er geen geheimen meer.’

Ik voelde mijn wangen gloeien, deels van schaamte omdat ik zo doorzichtig was, maar nog het meest van vreugde en geluk. ‘Weet je nog, Jayson, dat ik op jullie trouwdag vroeg wat ik zonder mijn ridder moest?’ Ik voelde zijn hoofd op en neer gaan. ‘Ik heb jou altijd al nodig gehad.’ En nu had ik hem weer terug.

‘Ik ga nergens meer heen, Romy.’

 

 

                                                            Vorige                             Volgende