Hoofdstuk 15

 

"Mijn liefste Jayson,

 

Ik ben op dit moment acht maanden zwanger van ons kindje, maar wanneer je deze brief leest, dan ben ik er niet meer. We hebben vanaf het begin geweten dat mijn zwangerschap riskant was. Jij wilde niet geloven dat ik de bevalling niet zou overleven, maar ik wist dat het me niet zou lukken. De zwangerschap heeft mij nog vele malen meer verzwakt dan ik al was. Ik heb gewoon geen kracht meer om behalve voor ons kind, ook nog eens voor mijzelf te vechten. Ik ben zielsgelukkig met de wetenschap dat wij een zoon zullen krijgen. Een zoon die jouw naam zal dragen en het bedrijf van mijn vader kan overnemen wanneer hij oud genoeg is.

Voel geen spijt, Jayson, en voel je vooral niet schuldig. Het is niet jouw schuld. De zwangerschap was mijn idee, ik wist wat ik deed, en ik heb het met liefde gedaan. In eerste instantie uit liefde voor mijn vader, maar in zeker zin ook uit liefde voor jou.

Wij zijn nooit geliefden geweest in de ware betekenis van het woord, maar ik heb me wel altijd geliefd gevoeld. Wij zijn tot dit huwelijk gedwongen, maar we zijn altijd eerlijk tegenover elkaar geweest. Ik weet dat je niet van mij houdt, dat heb ik vanaf het begin geweten. Jouw hart ligt bij Romy, net als dat mijn hart bij Mark ligt. Er is echter één groot verschil tussen ons, Jayson: Mark heeft nooit van mij gehouden, maar Romy houdt wel van jou. Ik ben er van overtuigd dat je een goede vader zult zijn voor onze zoon, ik zou me geen betere vader kunnen wensen. Mijn laatste wens is echter dat onze zoon net zo'n liefdevolle moeder zal krijgen. Alsjeblieft, Jayson, treur niet om mij, maar grijp je kans nu jij je vrijheid terug hebt. Trouw met Romy, jouw jeugdliefde. Wees gelukkig met haar en zorg zo dat ook onze zoon gelukkig zal opgroeien.

Ik ben je dankbaar voor alles wat je voor mij hebt gedaan en voor al jouw steun en goede zorgen. Ik smeek je: doe het juiste, luister naar je hart, en trouw met Romy.

 

Met al mijn mogelijke liefde,

 

Samara."

 

Ik haalde diep en beverig adem en pas toen ik een traan op de brief zag vallen, besefte ik dat ik huilde.

'Gaat het?'

Ik knikte slechts, nog niet in staat iets te zeggen. Vanuit mijn ooghoeken zag ik dat Jayson zich geen houding wist te geven, alsof hij een innerlijke strijd leverde over wat hij moest doen. Ik kon het hem wel vertellen. Hij wilde me aanraken, dat kon ik aan hem zien, maar hij deed het niet en dat frustreerde me. Het hield de twijfel hoog. Langzaam vouwde ik de brief op en stopte hem terug in de envelop. Met trillende handen pakte ik mijn glas van tafel en nam een paar slokken van het water. 'Dus…Dit is de reden waarom je met mij wilt trouwen?'

'Ja.'

'Omdat het Samara's laatste wens is?' Van onder mijn wimpers keek ik hem aan en ik zag het ongeloof in zijn ogen verschijnen.

'Wat? Nee! Hoe kun je dat nu denken! Ik kan niet geloven dat je van alles wat er in die brief staat, alleen díe zin hebt onthouden. Ik laat me door niemand zeggen met wie ik moet trouwen! Ik kies mijn vrouw zélf.'

'Je hebt je anders wel laten vertellen dat je met Samara moest trouwen,' repliceerde ik.

Jayson slaakte een zucht en sloot even zijn ogen. Ineens las ik de vermoeidheid op zijn gezicht. Was dat nog maar kort, of al lang en had ik het al die tijd gemist door zijn levenslustigheid?

'Dat was anders.'

'Waarom?'

'Jarenlang is mij ingeprent dat ik met Samara zou gaan trouwen wanneer ik volwassen was. Ik wist niet beter. Ja, ik deed wat me was verteld, maar ik deed het omdat ik dacht dat het juist was.'

'En nu denk je dat dit juist is.'

'Nee!' Zijn ogen vlogen open en de frustratie was tastbaar. 'Begrijp je het dan niet?' Hij ging naast me op de bank zitten en overwon de angst om mij aan te raken. Hij nam mijn handen in de zijne, terwijl Sam tussen ons in zat en met grote ogen van de een naar de ander keek om alles in de gaten te houden wat er gebeurde. 'Heb je niet haar zin gelezen dat mijn hart bij jou ligt? Heb je niet gelezen dat wij niet echte geliefden zijn geweest, omdat jij mijn jeugdliefde bent?'

Ik slikte verwoed. 'Ja, dat heb ik gelezen. Maar dat zijn haar woorden.'

Jayson sloeg zijn ogen ten hemel en stootte een spottend lachje uit. 'Goed dan. Ik ga je moeders raad opvolgen en clichégedrag vertonen.'

Ik knipperde met mijn ogen. Mijn moeders raad? Clichégedrag? Ik opende mijn mond om te vragen waar hij het in vredesnaam over had, maar sloot hem abrupt toen hij zich van de bank liet glijden en op één knie voor mij neerhurkte.

'Romy, ik houd van je. Vanaf de eerste keer dat ik je zag, met die blonde paardenstaartjes, had je mijn hart al gevangen en dat is uitgegroeid tot liefde toen ik zag wat een geweldige vrouw je bent geworden. Je bent mijn jeugdliefde, de liefde van mijn leven.' Hij haalde een ring tevoorschijn uit zijn zak en hield mij die voor. 'Ik kan niet verder leven zonder jou, Romy, dus wil je alsjeblieft met mij trouwen en van mij de gelukkigste man op aarde maken?'

Ik haalde diep adem, terwijl de tranen in mijn ogen brandden. Dit moest gehoorsverbeelding zijn. Ik drukte mijn nagels in mijn handpalmen tot het pijn deed, maar ik voelde het niet. 'Houd je echt van me?' fluisterde ik met schorre stem.

'Ik heb nooit anders gekund,' verzekerde hij me en toen kon ik me niet meer inhouden. Hij had het gezegd. Écht gezegd. Ik vloog naar voren en viel hem huilend om de hals. 'Ho!' riep hij uit, terwijl hij zijn evenwicht verloor en achterover op het tapijt viel. 'Het is maar goed dat de tafel niet achter me stond, maar net ernaast, anders had ik nu een gebroken rug gehad,' grinnikte hij. Hij sloeg zijn armen om mij heen en dat was het beste dat ik ooit in mijn leven had gevoeld. Ja, hij had me al eerder in zijn armen vastgehouden, maar nooit zó. Hij had me nooit vastgehouden alsof ik van hem was en hij me nooit meer zou loslaten. Ik heb er nooit eerder van mogen genieten.

'Romy? Romy, is dat een ja?'

'Ja!' Riep ik uit in zijn hals en Jayson grinnikte opnieuw.

'Zou ik je dan nu eindelijk mogen kussen?'

Ik hief mijn hoofd op en hij veegde met de rug van zijn vingers, bijna op eerbiedige wijze, de tranen van mijn wangen, terwijl ik de ondeugendheid in zijn ogen las. Ik had nog nooit nee tegen hem kunnen zeggen, op een paar dagen geleden na, maar ik bezwoer mezelf dat het de laatste keer was geweest. 'Ja. Ja, ja, ja!' Ik boog mijn hoofd al, maar Jayson hield me tegen door mijn gezicht vast te pakken. 'Niet zo snel!'

'Wat?'

'Ik heb hier zolang op moeten wachten,' legde hij uit. 'Deze kus moet perfect zijn.'

Hoe kan ik daar nu tegen protesteren? Iets anders dan glimlachen bestond niet meer voor mij. Langzaam hief hij zijn hoofd op tot onze lippen elkaar net raakten. Zachtjes streek hij met zijn lippen langs die van mij, een belofte uitdrukkend, en toen kuste hij me echt. Eerst zachtjes en daarna met steeds meer gevoel en vooral: liefde. Ja, niets kon mij er meer van overtuigen dan zijn kus. Hij hield van mij.

'Papa!'

Met een ruk trok ik me terug en met twee paar ogen keken we verschrikt om naar Sam, die zich van de bank had laten afglijden en nu gehurkt naast ons zat.

'Sammy ook?' vroeg hij met grote, vragende ogen.

Even staarde Jayson hem verbijsterd aan, toen liet hij zijn hoofd achterover vallen en barstte in lachen uit en ik lachte met hem mee.

‘Blijkbaar hebben we onze eigen chaperone,’ grinnikte hij.

‘Inderdaad.’

‘Pappie?’ vroeg Sammy nu zielig.

Jayson ging overeind zitten en met zijn ene arm nog om mij heen, sloeg hij zijn andere arm om Sam heen en trok hem tegen ons aan. ‘Natuurlijk mag jij erbij, Sammy.’

Ik legde mijn arm ook om Sammy heen en Sammy keek stralend naar ons op. Toen ik naar Jayson keek, zag ik de emoties over zijn gezicht trekken. Dit zou zijn gezin zijn. Ons gezin. Binnenkort... 
 
 
 
 
                                                            Vorige                              Volgende